zondag 13 oktober 2013

Brief aan Erika Van Thielen

Geachte mevrouw Van Thielen, beste Erika,
ik heb net je noodkreet in De Morgen gelezen. Tonen dat je kwetsbaar bent, vergt heel veel moed ... soms de moed der wanhoop, maar het blijft een sterk gebaar. En daar sta je dan. Je hebt aan de wereld laten weten dat het eigenlijk niet zo goed met je gaat. Het is eindelijk geen geheim meer. Eindelijk niet meer doen alsof. En mensen hebben dan, zeker bij bv's, het gevoel dat ze moeten reageren. Ik pleit schuldig trouwens. Ik heb een aantal commentaren gelezen op je stukje. Sommige mensen voelen mee, kennen het gevoel en laten dat merken. Dat zijn de 'warme dekentjes'. Sommige mensen hebben hun oordeel snel klaar. Dat zijn de 'koude douches'. En eerlijk, van sommige commentaren word ik zowaar 'mottig'. Ik sta er versteld van dat mensen nog altijd durven ontkennen dat burn-out een werkelijk probleem is. Ze menen dat je het maar zelf moet oplossen, je snel herpakken en klaar, dat je jezelf in nesten werkt, dat je niet moet zagen en blij zijn met je leuke snoet en een (redelijk) vaste job. Ik wou dat mensen hun mond hielden over iets waar ze geen benul van hebben. Hou dus je mond over burn-out als je'r zelf geen gehad hebt! Ik heb er drie gehad plus een depressie, dus ik weet waar ik het over heb!
We oordelen dus meteen over een ander, maar we kunnen nooit in hun schoenen staan. En eigenlijk doen we het allemaal. Ook jij en ik. Het lijkt zo eenvoudig, feedback geven die je medewerkers een boost geven dat ze er weer een tijdje tegenaan kunnen in hun veeleisende jobs. Hoe dat dan wel moet gebeuren, is echter niet voor iedereen hetzelfde. Sommigen hebben een diep gesprek nodig, anderen dan weer niet. Die worden van een diep gesprek alleen maar zenuwachtig. De ene heeft opbouwende kritiek nodig, de ander tilt aan elke reactie zo zwaar dat hij er ongelukkig van wordt. Sommigen willen enkel een klein schouderklopje, maar hoe doe je dat? Je kan ook niet van mensen aflezen wanneer feedback nodig is en wanneer niet. En ook de leidinggevenden hebben het gevoel dat ze langs alle kanten bevraagd en belaagd worden en daar zelden erkenning voor krijgen. Ik was namelijk zowel diegene met een burn-out als de leidinggevende die er niet in slaagde om zijn medewerkers een hart onder de riem te steken. Dat had heel ongelukkige medewerkers en collega's tot gevolg. En daar ging ik uiteindelijk aan kapot. Leidinggevenden zijn dus ook maar mensen. Oordeel niet, want je staat niet in hun schoenen.
Misschien is het voor jou op dit moment nog moeilijk om dat aan jezelf toe te geven, maar burn-out is een relationeel probleem, zoals Luk De Wulf jou al schrijft in zijn brief. Toen het voor mij eigenlijk te laat was om nog enigszins terug te kunnen keren naar mijn vorige werkplek, las ik zijn boekje 'Help, mijn batterijen lopen leeg!'. Ik had meteen het gevoel dat het boekje over mij ging. Het beschrijft zo herkenbaar en haarfijn hoe ikzelf in een burn-out was beland. Ik hoop dat je het boekje snel eens oppikt en doorleest. Het is niet dik. Dat valt wel mee. Wat mij betreft was het een eye-opener. Het is tegelijk een beetje confronterend, want het geeft ook aan welke je eigen rol is in het verhaal, en dat willen we niet altijd weten. Ik hoop dat je dat experiment eens wil doen. Geef het misschien, zoals ik, ook cadeau aan je leidinggevende. Ik hoop nog steeds dat het haar misschien in de toekomst kan helpen om mensen met een dreigende burn-out sneller te 'onderscheppen' en dan de juiste dingen te doen. Wie weet helpt het jou om de vicieuze cirkel waar je in belandt bent te doorbreken.
Ik kon uiteindelijk niet meer terug naar mijn werkplek, de relaties met mijn collega's en medewerkers waren te ver verziekt. Ik heb zelf ontslag genomen. Ik kon niet ontslagen worden, want ik had geen enkele slechte evaluatie. Maar ik voelde aan dat ik er niet 'opnieuw kon beginnen'. Of ik durfde niet, dat kan ook. Van die beslissing ondervind ik nog elke dag de financiële gevolgen. Maar ik ben intussen wel een veel rijker en rijper mens en dat pakt niemand mij af. Kop op, dus, je geraakt hier ooit weer door. Je brief is wellicht het begin van een heel veranderingsproces zowel bij jezelf als op je werkplek. Die klok draait niemand nog terug. En dat is goed. Geef dit proces alle kansen.
Zorg intussen goed voor jezelf en zoek systemen om regelmatig uit de mallemolen te stappen. En praat met mensen die je echt helpen, zowel met warme dekentjes als opbouwende kritiek. Ik hoop dat je weer snel de creatieve drive terugvindt die je nodig hebt om verder te gaan.
Tot kijk of hoors!
e